Personal tools
You are here: Home Documents Resolutions Florence resolution Nederlands

Nederlands

Resolutie van Florence

betreffende

Taalgebruik in universitair onderwijs en wetenschappelijk onderzoek

Tegenwoordig is er over heel Europa een groeiende tendens te bespeuren om Engels te gebruiken als academische instructietaal en als taal voor wetenschappelijk onderzoek. Met name in de exacte wetenschappen neemt de voorkeur voor een beleid dat zich exclusief op het Engels richt hand over hand toe, niet alleen wat de taalkeuze betreft voor wetenschappelijke publicaties maar ook voor internationale (en zelfs nationale) conferenties. Het leidt geen enkele twijfel dat de winst op het terrein van internationale communicatie en uitwisselbaarheid van informatie in zulke situaties geboekt wordt ten koste van alle andere talen.

Hoewel deze tendens sterker is in de exacte wetenschappen, is de toestand in de sociale en geesteswetenschappen niet wezenlijk anders. De behoefte om deel uit te maken van de internationale onderzoeksgemeenschap lijkt het gebruik van het Engels in plaats van andere nationale talen onontbeerlijk te maken.

Deze evolutie vertegenwoordigt een echte dreiging, in zowel talig, cognitief als cultureel opzicht. Engels is geen neutraal medium voor alle communicatieve doelen. Het dominante en soms exclusieve gebruik ervan zorgt ervoor dat belangrijke wetenschappelijke tradities, concepten en methodes in de verdrukking komen en soms zelf geheel vergeten raken. Bovendien dreigt de mainstream binnen de verschillende wetenschappelijke disciplines – die goeddeels de wetenschappelijke agenda bepaalt – gemakkelijk gedomineerd te worden door sprekers uit het Angelsaksische gebied. Dat alles heeft al aantoonbaar invloed gehad op de allocatie van financiële middelen voor onderzoek, ook in andere dan de Angelsaksische landen.

  • EFNIL, de federatie van centrale instellingen voor de officiële talen van de Europese landen, maakt zich ernstig zorgen over het toenemend gebruik van Engels als onderzoeks- en academische instructietaal in niet-Angelsaksische landen. Het gebruik van Engels in de plaats van de nationale standaardtalen, beperkt en begrenst de domeinen van deze talen en belemmert hun ontwikkeling. Op die manier vormt deze evolutie mede een bedreiging voor de taalverscheidenheid van Europa, dat een essentieel onderdeel vormt van de culturele diversiteit en het cultureel welzijn van ons continent.
  • EFNIL erkent ten volle het praktisch nut van Engels als hulptaal voor communicatie tussen wetenschappers en onderzoekers die niet over een gemeenschappelijke taal beschikken. De Federatie waarschuwt echter tegen het gebruik van beperkte of vereenvoudigde variëteiten van het Engels als dominant of zelfs exclusief onderwijs- en publicatiemedium in andere talige omgevingen, omdat dit de andere talen zal devalueren en hen op den duur ongeschikt zal maken voor wetenschappelijk discours. Voor zowel onderwijsgevenden als voor studenten dreigt dit bovendien een extra stressfactor te vormen, die hun creatieve vermogens beperkt.
  • EFNIL erkent de voordelen die het gebruik van Engels als internationaal communicatiemedium kan hebben, voornamelijk als het om de zogenaamde 'harde' wetenschappen gaat, waar zelfs een vereenvoudigde vorm van Engels nuttig kan zijn bij het overbrengen van andere internationale semiotische communicatiemiddelen zoals wiskundige expressies, tabellen, scheikundige formules en grafieken. Toch moet ook in deze domeinen het gebruik van andere talen naast Engels aangemoedigd worden, om het die talen mogelijk te maken een hoogstaand wetenschappelijk discours te blijven ontwikkelen en over wetenschappelijke problemen en resultaten met en naar het grote publiek te communiceren.
  • Geleerden moeten naast de andere talen die nodig zijn voor hun discipline, vooral ook hun moedertaal gebruiken. Hoewel ze het Engels natuurlijk niet helemaal hoeven uit te bannen of te vermijden, zouden ze moeten overwegen om dat Engels alleen te gebruiken als een secundaire weg om de relevantie van hun argumenten en bevindingen aan te tonen.
  • Daarom doet EFNIL met klem een beroep op de academische en politieke autoriteiten in de niet-Angelsaksische landen om onderwijsgevenden en studenten aan te moedigen hun respectieve nationale talen te gebruiken binnen opleiding, onderzoek en studie.
  • In het belang van de culturele en talige diversiteit binnen Europa doet EFNIL ook een beroep op de professoren, studenten en bestuurders van de universiteiten in de Angelsaksische landen om sterker in te zetten op de studie en het gebruik van andere Europese talen. Dat zal bijdragen aan het handhaven van de taalverscheidenheid en de daarmee samenhangende waardepluraliteit die eigen zijn aan Europa.
 

(goedgekeurd door de Algemene Ledenvergadering van EFNIL bij haar bijeenkomst bij de Accademia della Crusca in Florence op 28 september 2014. De Nederlandse Taalunie heeft een wat genuanceerder standpunt over dit onderwerp en heeft zich daarom onthouden)

Document Actions